페이지 이미지
PDF
ePub

zien, 36 jaar geleden, in een tijd toen, volgens de meening van velen, theorie en praktijk eenigszins vijandig tegenover elkander stonden, toen de man van wetenschap dikwijls eene zekere geringschatting toonde voor den practicus en deze wederkeerig somtijds de eenvoudigste theoriën schouderophalend begroette met een dat is mij te geleerd."

[ocr errors]

Het getuigde van een helderen blik, van eene meer dan gewone liefde voor wetenschap en praktijk beide, in zulk een tijd niet alleen met woorden, maar ook met daden te toonen, dat men een nauwen band tusschen beide noodzakelijk achtte. Met het volste recht kan men van de mannen, die deze Commissie vormden, even als van een Buijs Ballot en een M. H. Jansen, zeggen, dat zij hun tijd vooruit waren, dat zij voor Nederland de wegwijzers waren op een nienw gebied, dat voor de wetenschap en de scheepvaart veel nut heeft gesticht en nog zal aanbrengen en waarop ons vaderland steeds een eervolle plaats heeft bekleed.

Van hare oprichting af tot nu toe is de Commissie, later als zelfstandige „Vereeniging", onafgebroken, belangeloos en met de meeste toewijding werkzaam geweest om haar doel te bevorderen. Van verschillende zijden, met name ook door Z. K. H. Prins Hendrik der Nederlanden, krachtig gesteund, mocht het haar gelukken, de belangstelling der gezag voerders levendig te houden en hierdoor een schat van gegevens te verzamelen, waaruit het Meteorologisch Instituut de stof putte voor verscheidene zeer nuttige werken ten dienste der scheepvaart. Door het zorgvuldig onderzoeken der gebruikte instrumenten, zorgde de Vereeniging, dat de verkregen gegevens, werkelijk wetenschappelijke waarde behielden, terwijl zij door het bedienen der tijdsein-inrichting aan de scheepvaart onmisbare diensten bewees.

In de laatste jaren begreep de Vereeniging, dat de steeds toenemende eischen van de wetenschap op zeevaartkundig gebied uitbreiding van hare werkzaamheden noodzakelijk maakten, waardoor deze meer zouden overeenkomen met hetgeen te Amsterdam geschiedde aan de Filiaal-Inrichting van het Koninklijk Nederlandsch Meteorologisch Instituut en vol ijver begon zij hiernaar te streven. In 1889 bereikte zij dit doel en werd te Rotterdam eene Filiaal-Inrichting van het Meteorologisch

Instituut gevestigd. Mogen ook al redenen, hoofdzakelijk van geldelijken aard, oorzaak zijn geweest, dat deze Inrichting niet als eene uitbreiding der Vereeniging optrad, maar als eene instelling van het Rijk en de Gemeente, het valt niet te ontkennen, dat aan haar krachtig initiatief en volhardend ijveren de oprichting te danken is.

Na een 35-jarig zeer nuttig bestaan werd hierop de Vereeniging ontbonden, terwijl een groot gedeelte van haar instrumenten en boeken aan de Filiaal-Inrichting van het Meteorologisch Instituut werd ten geschenke gegeven.

Talrijke veranderingen hadden natuurlijk in de loop der jaren plaats in het Bestuur der Vereeniging; het zou ons te ver voeren, de verschillende personen te bespreken, die hierin zitting hadden en wij zouden gevaar loopen, namen over te slaan, die ten vollen verdienden genoemd te worden; liever brengen wij hun daarom gezamenlijk onze hulde. Eene uitzondering moeten wij echter maken door in dankbare herinnering te brengen den naam van Joost van Vollenhoven, den man, die het initiatief nam tot de oprichting der Commissie, in hare eerste vergadering tot Voorzitter werd benoemd en tot het laatste toe deze eervolle betrekking vervulde. Slechts enkele voor zijn overlijden presideerde hij met onverminderde belangstelling en opgewektheid den 22 Augustus 1889 de laatste vergadering der Vereeniging, waarin het besluit werd genomen deze op te heffen.

Opgave der nieuwe en verbeterde uitgaven van de Britsche Admiraliteitskaarten, (met korte aanwijzing van het verbeterde gedeelte).

Oostzee en Bothnische Golf.

2296.

Gulf of Bothnia. Sheet I. Verbeteringen in bakens.

December.

Sont, Belt, Skagerrak, Kattegat en Westkust Noorwegen. 121. Sweden W. Koster islands and approaches to Störmstad. Talrijke nieuwe ondiepten. December.

196. Sweden W. Nidingen to Hönö. Verbeteringen in boeien en Bakens. December.

129. Sweden W.

Hönö to Paternosters. Verbeteringen en on

diepten bijgevoegd. December.

2116. Great and Little Belts. Talrijke verbeteringen Januari. 2115. The Sound. Uitgebreide verbeteringen in lichten en boeien.

December.

Noordzee.

1610. England E. North Foreland to Orfondness.

W. Swin

and Middle Deep to Duke of Edinburgh Channel. Januari.

Westkust van Engeland en Schotland, Ierland.

2011. Holyhead harbour. Loodingen. December.

Kanaal, Atlantische kust van Frankrijk, Spanje en Portugal. 1267. Engeland S. Approaches to Plymouth. Nieuwe Kaart.

Januari.

Middellandsche en Adriatische Zee.

177. The Faro or Strait of Messina. Nieuwe kaart. December. Noord-Atlantische Oceaan en Golf van Mexico.

2491. North America E. Approaches to New-York. Uitgebreide verbeteringen. Januari.

Indische Oceaan.

253a. Jebel Jan to Seyáreh. Plan. Khor Ambada Anchorage. December.

Chineesche Zee, Japan, Pacific en Australië.

2414. Gulf of Siam. Great Redang island to Pahang. December. 389. China E. Shangai harbour. Nieuwe kaart. December. 985. Pacific S, Minerva reefs. Betrekkelijke ligging veranderd en loodingen toegevoegd. December.

Opgave der Nederlandsche en NederlandschIndische Kaarten,

waarop de achterstaande verbeteringen betrekking hebben. Zoomede van nieuwe of vernieuwde Kaarten.

Nederlandsche Kaarten.

Zeegat aan den Hoek van Holland.

Nieuwe kaart.

Lichtenkaart van Nederland.

Noordzee. Zuidelijk gedeelte. Seyffardt.

}

Verbeter. zie No. 48.

Noordzee. Seyffardt. Verbetering zie No. 48 en 51.

Nederlandsch-Indische Kaarten.

Sumatra van Diamant-punt tot Hoek Tamiang. Nieuwe kaart.
Zuidelijk gedeelte van de Chineesche Zee.
Riouw en Lingga Archipel. Blad I.
Nederlandsch Oost-Indie. Blad II.

Verbeter. zie No. 75.

Edeling.

Blad I.

Java Zee en aangrenzende vaarwaters.
Java. Blad I.

Vierde punt tot Hoek Kerawang.
Straat Soenda.

Westelijke vaarwaters naar de reede van Batavia.
Reede van Batavia.

Reede van Nieuw Anjer.

Straat Sunda en Westkust van Java. Seyffardt.
Kaart van een gedeelte van de Noordkust van Java
en Straat Soenda. Idem.

Vaarwaters naar en reede van Batavia. Idem.
Eilanden en vaarwaters beO. Java. Blad I.

Kleine Soenda-eilanden en aangrenzende vaarwaters.
Blad I.

Plannen van Ankerplaatsen op Bali, Lombok enz.

Blad I.

Java. Blad III.

Verbetering zie No. 76.

Verbetering

zie No. 78.

Batoe Sawang tot hoek Keraksaän. Verbetering zie No. 77.
De Straten Madoera en Bali. Seyffardt. Verb. zie No. 77 en 78.
Java en omliggende eilanden en vaarwaters. Seyffardt. Verb.
zie No. 76 en 77.

Plannen van Ankerplaatsen in den Molukschen Archipel. Blad IV.
Nieuwe kaart.

Opgave der in de Zeekaarten aan te brengen verbeteringen.

De peilingen zijn uit zee genomen en, tenzij het anders wordt opgegeven, miswijzend. De zeemijl is de equatorminuut. Belanghebbenden kunnen bij de Filiaal-Inrichting van het Koninklijk Nederlandsch Meteorologisch Instituut te Amsterdam, gevestigd in het,,Gebouw voor Algemeenen Dienst", op de „Handelskade", volledige inlichtingen bekomen aangaande de zeekaarten en zeemansgidsen.

OOSTZEE EN BOTHNISCHE GOLF.

Zweden. 43. Bebakening van ondiepten beZ. Seskarön. Bothnische Golf. In het begin van het scheepvaartseizoen van 1890 zullen bij de ondiepten beZ. Seskarön, de navolgende bakens worden geplaatst:

1. Op de ondiepte ten ZW. van het baken Puukko, staat 60 dm. water; het zich daarop bevindende baken, wordt om de NO. verplaatst. Ligging: 65° 40' 30" Nb., 23° 45′ 45" 01. 2. In het midden van het vaarwater, ten Z. van bovengenoemde ondiepte, is nog eene plek, Milans Grund, waarop 50 dm. water; hierop wordt een kruisbaken gelegd, rood en zwart geschilderd. Ligging: 65° 37' 53" Nb., 23° 43′ 50′′ Ol. 3. Op ongeveer 1 zeemijl ten NW. en ten W. van Milans Grund, liggen twee ondiepten waarop respectievelijk 68 en 71 dm. water. De eerste, Rörings Grund genaamd, wordt aangeduid door een zwart baken met twee bollen. Ligging: 65° 38′ 15′′ Nb., 23° 42′ 0′′ Ol. De andere ondiepte, Stock Grund, wordt aangeduid door een baken, liggende op: 65° 37' 40" Nb., 23° 41/ 20′′ Ol. 4. Aan de O.zijde van het vaarwater ligt eene ondiepte met 60 dm. water, Sand Grund. Hierop is een rood geschilderd baken gelegd, voorzien van een rooden bol en omgekeerden bezem. Ligging: 65° 37' 0" Nb., 23° 44′ 25′′ Ol.

Rusland. 44. Nader bericht betreffende de havenlichten te Libau. In November j.1. zijn op den N. en Z. havendam van Libau, twee roode vaste lichten ontstoken. Het licht op den N.dam staat op 40,5 m. van het uiteinde, en 753 m. van den lichttoren te Libau. Het licht op den Z.dam staat op 119,5 m. van het uiteinde van dien dam en 1028 m. van den lichttoren. Zie jaarg. 1889 No. 388 en 1890 No. 3.

SONT, BELT, SKAGERRAK, KATTEGAT EN WESTKUST NOORWEGEN.

Noorwegen. 45. Lichten ontstoken op het eiland Oxbaasen, op Indre Harö en op Bukö. W.kust. Den 1sten Januari j. l. is op Oxbaasen een wissellicht ontstoken, zichtbaar tot op 6 zeemijl van rechtw. Z. 17° W. door Z. en O. tot N. 19° 0. Ligging: 62° 30′ 35′′ Nb., 6° 9′ 25′′ Ol. Op denzelfden datum is op Indre Harö een wit vast licht met verduisteringen ontstoken, zichtbaar tot ор 6 zeemijl van rechtw. Z. 36° O. door O. en N. tot N. 44° W., met twee roode sectoren tusschen de peilingen

« 이전계속 »