ÆäÀÌÁö À̹ÌÁö
PDF
ePub

komen. Van de oceanografische verschijnselen worden gegeven de getijden, de stroomingen, zoowel de heerschende als de getijstroomen en de toestand van de zee. Dit alles berust op zulk

een

massa gegevens, dat het zeker een hooge waarde heeft, maar dat ook het uittrekken, rangschikken en bewerken er van een reuzenarbeid moet zijn geweest.

Met het oog op de uiteenloopende toestanden, die men in verschillende gedeelten van den Archipel aantreft, werd deze verdeeld in 41 afdeelingen, die elk afzonderlijk zijn behandeld.

Het eerste hoofdstuk bevat de gegevens afkomstig uit de journalen van de oorlogsschepen over het tijdvak 1814-1890. Daar verreweg de meeste waarnemingen in de nabijheid der kusten werden gedaan, dus onder den invloed van zee- en landwinden, zijn de gegevens bewerkt voor de daguren afzonderlijk, voor de nachturen afzonderlijk en, om de gemiddelden te verkrijgen, ook voor de beide te zamen.

Voor elk der 41 vakken bevat de eerste halve bladzijde 3 tabellen A (daguren), B (nachturen), en C (dag- en nachturen). Deze tabellen geven voor elke maand de gevonden composanten van den wind in de richtingen N.-Z. en O.-W., de gemiddelde richting en kracht, den graad van standvastigheid van de gemiddelde windrichting, dus de mate van waarschijnIijkheid, waarmede men wind uit deze richting kan verwachten en eindelijk het aantal waarnemingen, waaruit deze gegevens zijn afgeleid.

De tweede helft van de bladzijde geeft een beredeneerd overzicht van den weerstoestand en zijn veranderingen in den loop van het jaar, de oorzaken waaraan deze moet worden toegeschreven en tal van andere bijzonderheden omtrent buien, helderheid van de lucht, enz.

De tweede bladzijde, tabel D, geeft in percenten het aantal malen, dat in elke maand wind uit de verschillende richtingen werd waargenomen, zoo mede het aantal percenten veranderlijke winden, rondgaande winden en stilten, alles voor dag en nacht afzonderlijk behandeld. Onder aan de bladzijde vindt men in percenten opgegeven het aantal malen, dat verschillende toestanden van dampkring en zee werden waargenomen,

Tegenover deze bladzijde is een kaart met 24 windrozen, voor elke maand en voor dag en nacht afzonderlijk, dus die

[ocr errors]

grafisch hetzelfde voorstellen als tabel D in cijfers geeft. Alleen voor vak XLI, Noord-Westkust van Nieuw-Guinea en Geelvinkbaai, is wegens de onvolledigheid der gegevens deze kaart achterwege gebleven.

Verder bevat dit hoofdstuk 13 overzichtskaarten van den geheelen archipel, 12 voor elk der maanden en 1 voor het geheele jaar. In die voor elke maand is in ieder vak de gemiddelde windrichting aangegeven door een pijl, waarvan de lengte evenredig is aan de waarschijnlijkheid, waarmede men hier dezen wind zal aantreffen. Deze pijlen geven dus hetzelfde als de cijfers der tabellen C, maar daar men hier alle vakken bij elkander ziet, geven deze kaarten een zeer duidelijk overzicht van den toestand der moessons in elke maand. Daar men de gegevens van het geheele etmaal gebruikt heeft, zijn de invloeden van zee- en landwind hieruit verdwenen.

Bij een aantal plaatsen is het gemiddelde aantal regendagen en de gemiddelde hoeveelheid regen opgegeven voor de maand, waarop de kaart betrekking heeft.

De 13e kaart is op dezelfde wijze ingericht, maar met gegevens over het geheele jaar, zoodat hieruit ook de moesson-invloeden verdwenen zijn. Voor de praktijk heeft deze kaart daarom niet veel beteekenis, maar uit een wetenschappelijk oogpunt is het van belang te zien, dat er ten slotte een gemiddelde luchtstrooming overblijft, die naar den equator is gericht, maar niet haar grens heeft op een paar graden Noorder Breedte, zooals in andere zeeën het geval is.

Eindelijk vindt men hier tabellen van de aantallen malen, dat stroom in verschillende richtingen in elk vak werd waargenomen met de gemiddelde snelheid. Deze gegevens zijn berekend uit de verschillen tusschen gegist en gebeterd bestek. Alleen voor de Java-zee worden ze voor elke maand opgegeven; voor al de andere vakken is het jaar verdeeld in twee helften, AprilSeptember en October-Maart, die dus met de moesson verdeeling overeenkomen. Voor deze beide halfjaren worden ook overzichtskaarten gegeven, ingericht op dezelfde wijze als de bovengenoemde windkaarten. Zooals te verwachten was, loopt de gemiddelde stroom over het algemeen met de heerschende moesson mede. In deze kaarten vindt men ook de regenopgaven voor de halfjaren, waarop ze betrekking hebben.

Het tweede hoofdstuk bevat de gegevens, verkregen door waarnemingen op een aantal landstations, meest kustplaatsen en enkele plaatsen in het binnenland. De wind waarnemingen, gemiddeld voor elke maand, worden gegeven voor 's morgens 9 uur, 's middags 2 uur en 's avonds 6 uur. Het gemiddelde aantal regendagen en de gemiddelde hoeveelheid regen die valt, worden vermeld voor elke maand.

Hoofdstuk III eindelijk behandelt de getijden. Het begint met eene betrekkelijk eenvoudige uiteenzetting van de algemeene theorie der getijden; eenvoudig, voor zoo ver het mogelijk is, dit hoogst ingewikkelde verschijnsel eenvoudig te behandelen. Verder vindt men een aantal gegevens, die men noodig heeft om de getijden voor den archipel te voorspellen, en bijzonderheden omtrent de getijden voor verschillende plaatsen. Hieraan zijn twee kaarten toegevoegd, die eene voorstelling geven van de wijze van voortplanting van een paar getijgolven.

Een werk, als het hier besprokene, dat ons een massa feiten geeft, is uit den aard weinig geschikt voor eene eigenlijke beoordeeling, met uitzondering misschien van het 3de hoofdstuk, en evenmin om er een kort uittreksel uit te geven. Wij aanvaarden het en doen dit met erkentelijkheid, omdat het voor wetenschap en praktijk van veel nut kan zijn als een bron, die telkens kan worden nageslagen, wanneer men voor eenig doel gegevens noodig heeft. Wij twijfelen dan ook niet, of menigeen die een speciaal punt wil bestudeeren zal het met vrucht raadplegen. Ook de praktische zeeman kan er ongetwijfeld zijn nut van hebben, omdat het ontegenzeggelijk het beste is, wat hij op het gebied van winden, stroomen en weer in onze koloniën kan verkrijgen. Of het daarom zijn weg op veel schepen zal vinden, meenen we echter te moeten betwijfelen, omdat zoowel de prijs, f 23.-, als het formaat (opengeslagen is het ruim 1,20 M. breed) hiertegen bezwaar zullen opleveren. Laat ons hopen, dat velen zich geroepen zullen gevoelen deze rijke bron te benutten om meer beknopte studies van de hoofdzaken samen te stellen en op deze wijze den inhoud, althans gedeeltelijk, beter onder het bereik van velen te brengen. Op deze wijze zal de belangrijke arbeid van het observatorium te Batavia zeker de beste vruchten dragen.

T. WALTON. Leer uw schip kennen. Vrij uit het Engelsch vertaald door T. H. de Meester, Inspecteur van scheepszaken van de Holland-Amerika Lijn te Rotterdam. Amsterdam, Joh. G. Stemler Czn. Prijs f 3.25,

Voor den ontwikkelden zeeman van den tegenwoordigen tijd is het eene behoefte zich op de hoogte te stellen van de eigenaardigheden van schepen, vooral van het schip waarop hij vaart. Hij dient te weten hoe het in elkander zit en waarom dit zoo is, welke oorzaken nadeelig op het verband werken, onder welke voorwaarden het schip veilig over zee kan gaan, vooral wat betreft stabiliteit en drijfvermogen, welken invloed hij zelf hierop kan uitoefenen door eene doeltreffende verdeeling van de lading of door ballasten, het verband tusschen golf beweging, slingeren, stabiliteit en verdeeling van gewichten.

Al deze zaken en nog verscheiden andere, insgelijks van veel belang, vindt men in het bovengenoemde boekje in beknopten vorm bijeen en wij gelooven dus dat de heer De Meester de Nederlandsche zeelieden aan zich verplicht heeft door eene vertaling er van te bewerken. De meesten, wellicht allen, kunnen er hun nut mede doen.

[ocr errors]

In het hoofdstuk Momenten" is de schrijver niet zeer gelukkig geweest in het verklaren en uit elkander houden van uitdrukkingen als: druk, arbeid, arbeidsvermogen, moment, enz, terwijl het hoofdstuk „Stabiliteit" naar onze meening zonder schade wat korter had kunnen zijn.

Van den bewerker voor Nederland spijt het ons, dat hij zich uitsluitend aan Engelsche maten gehouden heeft en deze niet verving door metrieke maten, of althans deze laatste er bij gaf. Wij weten wel dat op koopvaardijschepen nog altijd veel met Engelsche maat wordt gewerkt, maar het is toch wenschelijk, dat hierin gaandeweg verandering komt en vooral schrijvers van technische werken dienen dit te bevorderen.

Deze ondergesohikte gebreken schaden natuurlijk niet aan de nutige strekking van het boekje.

Marine-Reserve.

Aan den buitengewoon adelborst W. Crans is op zijn verzoek eervol ontslag verleend.

Benoemd tot buitengewoon adelborst de Heeren A. G. M. Bruyns, C. B. F. Boekholts, N. J. Vermeulen, B. Reitsma, C. A. Noorduyn en C. Lieuwen.

Examens.

De Commissie tot examineeren van stuurlieden ter koopvaardij, hield 14, 15, 16, 17, 21, 22, 23, 24, 28, 29 December zitting te Rotterdam. Aangemeld hadden zich 41 candidaten voor 55 diploma's. De volgende diploma's werden uitgereikt:

Groote zeilvaart A. Eerste stuurman aan de Heeren H. E. Eefting, M. Elles. Tweede stuurman aan de Heeren J. Oldenbruger, B. D. K. v. d. Laag, H. P. de Boer, K. de Boer, J. R. Reckleben, J. Burger, A. P. v. d. Waarden, T. Teensma, J. Boutlap, J. Spanjer. Derde stuurman aan de Heeren J. W. H. Zimmermann, R. Zwolsman, J. A. Labots, K. v. d. Zee, J. Teensma.

Groote stoomvaart A. Eerste stuurman aan den Heer H. Hesseling. Tweede stuurman aan de Heeren A. A. Fokker, J. R. Reckleben, G. Boon. Derde stuurman aan de Heeren H. A. Daamhouwer, C. A. Noorduyn. C. Lieuwen, J. P. v. d. Borden, J. J. A. Oepkes, D. Klok, J. J. Claasen, W. M. Waal, C. J. v. Leeuwen, J. Oldenburger, B. D. K. v. d. Laag, H. P. de Boer, J. W. Zimmermann, R. Zwolsman, J. A. Labots, K. y. d. Zee. Groote zeilvaart B. Derde stuurman aan de Heeren T. T. de Boer, K. van Dijk, J. P. v. d. Borden.

Groote stoomvaart B. Derde stuurman aan de Heeren T. T. de Boer, K. van Dijk.

« ÀÌÀü°è¼Ó »